Ben jij een lokale kunstenaar of werkzaam bij een lokale kunstinstelling en wil jij je ontwikkelen in het lesgeven aan leerlingen in het basisonderwijs?

Hart Kenniscentrum Cultuuronderwijs financiert in 2019 scholing voor lokale cultuurpartners vanuit de subsidie Cultuureducatie Met Kwaliteit!

In dit bericht informatie over de training ‘Voor de klas in het basisonderwijs’ die Hart in samenwerking met Plein C in 2019 organiseert.

Het aantal plaatsen is beperkt, dus wees er snel bij!

Voor de klas in het basisonderwijs

Training voor kunstvakdocenten, museummedewerkers en cultuuraanbieders

In de training ‘Voor de klas in het basisonderwijs’ maak je kennis met de organisatie van het onderwijs ‘van binnenuit’. De gedachte is dat je met achtergrondkennis beter in staat bent om aan te sluiten bij de werkwijze van de school.

Inhoud:

  • We gaan in op de ‘plaats’ van cultuur in het onderwijs en de rol van de ICC’er.
  • Je ontwerpt lessen, projecten of lesmaterialen die aansluiten bij de vraag van het onderwijs en de ontwikkelingsfase van de leerlingen.
  • Je brengt het geleerde direct in de praktijk in een stage en krijgt feedback van de cursusgroep en trainers.

Aan de orde komen:

  • Schooltypen en schoolorganisatie
  • Cultuureducatie in school: tijd, geld en mensen
  • Les opzet en docentvaardigheden
  • Groepsdynamiek en klassenmanagement
  • Hoe sluit je aan bij de wens van de school en de aanpak van de leerkracht?
  • Stage en intervisie

Stage

Stagelessen zijn onderdeel van deze training. Je regelt hiervoor zelf of in samenwerking met Hart een stageschool. Na afloop heb je praktijkervaring opgedaan in het onderwijs en ben je in staat om lessen te ontwerpen die aansluiten bij de vraag van de school.

Data

12 februari, 5 en 19 maart, 2 en 16 april en 18 juni

Tijd

Les 1 t/m 4: 13.30 – 16.00 uur
Les 5 en 6: 13.00 – 16.30 uur

Locatie

Hart, Kleine Houtweg 18, Haarlem

Aantal deelnemers

Minimaal 8, maximaal 12

Kosten

De training wordt volledig door Hart Kenniscentrum Cultuuronderwijs gefinancierd indien je aan de voorwaarden voldoet (zie onderaan dit bericht).

Inschrijving

Inschrijving vindt plaats op volgorde van binnenkomst.
Wees er dus snel bij!

Meer informatie

rhoogervorst@hart-haarlem.nl

Aanmelden

Aanmelden kan via onderstaande link naar het aanmeldformulier van Plein C. Vink in dit formulier aan dat je je via Hart aanmeldt.

Deelname voorwaarden en kosten

De training wordt door Hart Kenniscentrum Cultuuronderwijs gefinancierd indien je aan de volgende voorwaarden voldoet:

  • Je bent als culturele aanbieder gevestigd in de regio Zuid-Kennemerland en/of werkzaam voor scholen voor Primair Onderwijs in Zuid-Kennemerland
  • Cultuureducatie is een onderdeel van je werk en je brengt dit zichtbaar naar buiten, bijvoorbeeld via je website.
  • Je regelt een stageschool waar je stage kunt lopen. Als dit niet lukt neem je tijdig contact op met Hart voor ondersteuning en advies.
  • Je neemt na afloop van de training deel aan een evaluatiegesprek met Hart.
  • Na inschrijving heb je één week bedenktijd. Binnen deze periode kun je de inschrijving kosteloos annuleren. Daarna worden deelnamekosten in rekening gebracht.
  • De kosten voor deze training bedragen € 600. Deze kosten worden bij volledig doorlopen van de training vergoed vanuit de subsidie ‘Cultuureducatie Met Kwaliteit‘. Dat betekent dat we verwachten dat je deelneemt aan alle bijeenkomsten van deze scholing. Bij uitzondering kan maximaal 1 les worden gemist.

Gaat het nu om een partituur of een beeld, kunstenaar Robert Lambermont gaat net zolang door totdat hij is waar hij zijn wil. Kunst en muziek zijn daarbij met elkaar verstrengeld. “Voor mij is het een obsessie, de materie doorleven, ik ga tot het uiterste.”

lambermontRobert is zowel beeldend kunstenaar als pianist. Al bijna twintig jaar voert hij composities van Simeon ten Holt uit in binnen- en buitenland. Daarnaast maakt hij ruimtelijk bewegende objecten en tekeningen. Robert werkt intuïtief en zoekt naar emotie in beweging. Hij studeerde aan de Maastrichtse Kunstacademie en de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Na zijn studie vestigde hij zich in Haarlem.

In een garage in een smal straatje in de Spaarnwouderbuurt bevindt zich zijn atelier. Na een druk op de bel rolt de groene garagedeur omhoog en verschijnt een glimlachende Robert in de opening. Hij baant zich een weg door de volle werkruimte richting trap. Links en rechts staan oude flipperkasten, “die ben ik aan het repareren”, onaffe kunstwerken en motoronderdelen. Met de verkoop van een groot werk heeft hij recent nieuwe ramen bekostigd voor meer licht en sfeer in zijn atelier. Op de eerste verdieping meteen naast de trap staat een zwarte vleugel met opengeslagen muziekboeken. De koffie pruttelt. Ook hier staan meerdere flipperkasten uit de jaren vijftig en zestig. In het midden van de etage kronkelt een wenteltrap naar een kleine vide met slaapkamer. Robert gaat voor richting bank, neemt zelf plaats op een stoeltje en schenkt koffie uit een Italiaans espressopotje.

KLEURVERANDERINGEN

“Ik heb een diepe fascinatie voor beweging in de breedste zin van het woord. Alles is in beweging. Langzaam bewegen afgewisseld met  incidentele, korte plotselinge acties, vind ik interessant. Deze spanning zoek ik op in één beeld.” Roberts gebouwachtige objecten lijken op maquettes, door gebruik van motortjes of kleurveranderingen met chemische processen bewegen ze. Hij wijst op een houten torentje van tien centimeter op tafel. “Dit is een mooi voorbeeld, het werkje beweegt eens in de twintig seconde en één keer in de vier uur verandert het van kleur. Het hout is geïmpregneerd met chemicaliën en er zit een verwarmingselement in, als die aanslaat verandert de kleur.” In Roberts werk ziet de beschouwer geen mensen of dieren, alleen gebouwen en landschappen als uitdrukking van menselijke emoties. “Aan een gebouw zie je de stemming van degenen die het gebouw gebruiken, dat vind ik boeiend. Het verbaast me vaak hoe krachtig een simpele beweging kan zijn. Bijvoorbeeld dat kleine toren je op tafel, hij komt een beetje tot leven. Wij mensen hebben de neiging mechanische apparaten te zien als iets levends. Als de wasmachine kapot is, dan vinden we het een ‘stomme machine’, alsof het een karakter heeft. Ik probeer met mijn gebouwachtige structuren iets uit te drukken door te laten zien dat ze ergens mee bezig zijn. Daar zoek ik poëtische kracht in.”

lambermont

Robert staat op en start een object aan de wand. Het komt gelijk in beweging. Op een gebogen hijskraanachtige arm loopt draad over katrollen met kleine versnellingen waardoor er een trilling in het werk ontstaat. Het is een primeur, de installatie is pas net een paar dagen af. “Ik ben er lang mee bezig geweest, het was moeilijk om te maken. Eindeloos peuteren en solderen, het moet nog een tijd proefdraaien om te zien of alles goed functioneert. Ik zoek naar emoties in bewegingen, het is een intrigerend werk geworden.” Aan de andere muur maakt een soort houten gordijn een golfbeweging, aangestuurd door een motortje. Het kunstwerk bromt en veroorzaakt zo nu en dan een schrapend geluid, een bijeffect van de techniek. Robert vindt het logisch dat zowel het geluid als het mechaniek van het werk te horen en te zien zijn. “Mensen denken dat ik een conceptueel kunstenaar ben. Daar grinnik ik om. Mijn werk ziet er technisch uit, maar ondanks dat de techniek wel moet werken, creëer ik puur vanuit mijn gevoel. Intuïtief werken, dat is voor mij heel belangrijk. Ik haal ideeën uit de wereld om me heen, de natuur is voor mij een grote inspiratiebron, met name het komen en gaan van de seizoenen.”

KAN JOUW KUNST ZONDER TECHNIEK?

“De techniek is noodzakelijk, maar staat in dienst van de poëzie. Het mag niet teveel gaan over effect, de diepere laag wordt dan overschaduwd. Soms begin ik aan een werk, technisch spectaculair, maar keur het vervolgens toch af omdat het niet die subtiele grens bereikt die ik opzoek. Veel meer wil ik er eigenlijk niet over zeggen. Ik vind het als kunstenaar riskant om als een gids bij mijn eigen werk te fungeren, omdat ik zo min mogelijk sturend wil zijn. De objecten moeten zelf hun verhaal vertellen.”

WAAROM BEN JE HUIVERIG OM UITLEG TE GEVEN?

“Misverstanden liggen op de loer, ook is het heel intiem om je bronnen weer te geven. Ik vind het lastig om over mijn werk te spreken. Laat het werk wel zien wat ik erbij bedenk? Als de toelichting er niet is, is iedereen vrij zelf iets te bedenken. Een werk is pas geslaagd als het mij verrast, als er meer in zit dan ik van tevoren bedacht had.  Je blijven verwonderen, dat is mijn streven.”

lambermont

 

WANNEER ONTSTOND JOUW FASCINATIE VOOR DE FLIPPERKAST?

“Mijn oom had een oude flipperkast in zijn garage staan. Voor mij was het op negenjarige leeftijd liefde op het eerste gezicht. De strijd tussen mens en machine, het lijkt of het apparaat een eigen wil heeft en echt tegen jou vecht. Zo zijn ze ontworpen, maar toeval is heel belangrijk. Een machine gunt je niks, hij roept alleen emotie op. Ook hou ik van elektromechanica. Met de handen kijken en luisteren.’ ’ Op oudere leeftijd ging het grafisch ontwerp van de kasten Robert interesseren. Hij draait zijn stoel en kijkt naar zijn collectie. “Zie je de tijdsgeest?! De kleding van die dames is echt jaren zestig. De kleuren, de patronen, hoe de mensen zijn weergegeven. Zowel de vormgeving als de techniek vind ik mooi aan flipperkasten. Best gek eigenlijk, ik heb niet in de jaren vijftig of zestig geleefd, maar verlangde er als kind al naar.”

IS DAT NOSTALGIE?

“Ja, een melancholische kant heb ik wel. Melancholie kan een rem op je leven zijn, maar als je dat in balans houdt is het heel boeiend. Om even op de muziek te komen, Simeon ten Holt (componist, red.) was ook iemand met melancholische kanten. Zijn muziek is streng geschreven, minimalistisch waaruit af en toe een bijna romantische melodie ontspruit. Hij schreef zijn muziek ook intuïtief.”

lambermont

WAT GRIJPT JE ZO IN ZIJN MUZIEK?

“Ik ben klassiek geschoold, maar raakte meer geïnteresseerd in moderne muziek. Ten Holt zit daar tussenin. Zijn partituren zijn geen voorschrift, maar een soort ideeschetsen. Als pianist krijg je enorm veel vrijheid. De noten mag je niet veranderen of toevoegen, wel weglaten of er je eigen interpretatie aan geven door de dynamiek, het volume en de speelwijze te veranderen.”

SPEEL JIJ OOK OP GEVOEL?

“Ik heb geen conservatorium gedaan, dus ben niet belast met strenge ideeën over muziek, dat is een voordeel. Ik kijk met open vizier naar zijn materiaal en dat sprak Ten Holt (overleden in 2012, red.) aan. Je moet een beetje gestoord zijn om je zo in zijn muziek te verdiepen. Technisch gezien lijkt het niet zo moeilijk, maar bij Ten Holt gaat het er om dat je helemaal in die muziek duikt en zelf beslist wat je er uit haalt. Daar gaat veel tijd in zitten. Voor mij is het gewoon een obsessie, die gebruik ik ook om mijn beelden te maken. Het zegt iets over mijn karakter. Of het nu gaat om muziek of beeldend werk, ik ga door totdat ik ben waar ik zijn wil. De materie doorleven, ik ga tot het uiterste.”

HELPT DE MUZIEK JE BIJ HET MAKEN VAN KUNST?

“Ik haal heel veel uit muziek. Vraagstukken die ontstaan tijdens mijn werk vinden hun oplossing tijdens het musiceren. Als ik vastloop in mijn atelier, ga ik naar boven en neem plaats achter mijn vleugel. Tijdens het pianospelen vind ik een antwoord. Blijkbaar gaat er dan een ander kanaal open. Muziek en kunst zijn bij mij met elkaar verstrengeld.”

Tekst: Meta van der Meijden/ Fotografie: Debbie Saul Dit artikel is eerder gepubliceerd in de 59e editie van de Haarlemse Stadsglossy.

Het verhaal van Ineke van Eden

Hé zie je dat?! Lachend wordt er naar de etalage van het Kunst centrum Haarlem gewezen. Tijdens de Kunstlijn Haarlem stond daar een blauwe, bolle vogel van keramiek kijkend tussen de poten door naar achteren. Bluebird. Een vrolijke vogel gemaakt door Ineke van Eden. Met dit werk won zij de Kunstlijn Publieksprijs 2018.

Ineke maakt speelse, kleurrijke beelden. Bolle kippen, feestelijke nijlpaarden, speelse hondjes en warm ingepakte pinguïns. Haar atelier en woonkamer in Heemstede zijn net een dierentuin. Een dierentuin van keramiek.

 

 

 

Alles groeit onder de handen

Jaren geleden woonde Ineke in Londen. Ze wilde leren tekenen. Helaas de tekencursus was vol, maar er was wel plek bij de keramiekcursus. “Het had zo moeten zijn. Vanaf les één pakte het materiaal mij. Vooral het scheppende. Je start met de basis. De aardse klei. Door te bouwen groeit alles onder je handen. Ik verlies het besef van tijd als ik bezig ben. Alsof er een ‘time warp’ is in mijn atelier.”

Ineke heeft leren draaien op de SBB, de keramiek opleiding in Nederland. “Het is heerlijk om de klei door je handen te voelen glijden, maar het vraagt ook om focus. Een foute beweging en de vorm is verdwenen.” In deze periode is vanuit een ronde vorm haar eerste dier, een vrolijke hond, geboren.

Het is was het is

Naast haar kunstenaarschap werkt Ineke als creatief begeleider met verstandelijke gehandicapten. Samen maken ze objecten van onder andere hout, textiel en klei. “Van nature zijn dit oprechte mensen, ze hebben geen verborgen agenda. Ik vind dat er meer gelachen mag worden. In het algemeen, maar zeker binnen de kunstwereld. In mijn werk vind je geen diepere lagen, het is wat het is.”

Ieder dier heeft zijn eigen geschiedenis. Ze worden geboren in haar atelier. “Ik begin vaak met de buik en de rest ontstaat onder mijn handen. Vleugels? Of toch een snuit? Tijdens het proces groeit hun karakter.” Op de vraag of ze tegen de beelden praat lacht ze hardop: “Ik praat tegen alles!” Enkele jaren geleden gaf ze kopers adoptiepapieren mee, alsof zij een nieuw thuis zocht voor haar kindjes, haar huisdieren. Dit zorgde voor de nodige grappen.

 

 

 

Hilarische beesten

Bluebird, het winnende werk, is speciaal gemaakt voor de Kunstlijn. De vogel kijkt onder de benen door, letterlijk om naar het nu. “Vorig jaar had ik een klein werk ingeleverd. Bezoekers van de centrale tentoonstelling kwamen mij opzoeken, omdat ze het werk in het Kunst centrum hadden zien staan. Dit jaar heb ik er extra aandacht aan besteed. Ik ben aan het werk gegaan met een liniaal in de hand, zodat het geen centimeter te groot zou worden. Blijkbaar met succes!”

Volgens Ineke is er overal inspiratie. “Er gebeurt altijd wel iets grappigs op straat. In mijn dakgoot patrouilleren bijvoorbeeld twee kraaien. En meeuwen zijn ook hilarische beesten. “Uhmm ik barst van de ideeën, nu alleen nog tijd. Het zou handig zijn als de tijd stil zou staan in mijn atelier”, zegt Ineke van Eden lachend.