De eerste twee weekenden van november staat Haarlem weer volop in het teken van beeldende kunst. Kunstlijn Haarlem biedt liefhebbers vier dagen de gelegenheid een kijkje te nemen in ateliers, galeries, musea en meer. We besteden aandacht aan drie deelnemende installatiekunstenaars.
‘Natuur en politiek inspireren mij’
Dik Box studeerde aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Tijdens Kunstlijn Haarlem is zijn werk te zien in zijn atelier en presentatieruimte, Oude Kruisweg 78 in Cruquius (Haarlemmermeer) en in de Vishal, Grote Markt 20 in Haarlem.

“Mijn werk is tweedelig. Ik maak installaties met een politieke context en daarnaast creëer ik mobiles en kinetische objecten zonder specifieke betekenis. Ook wel concrete kunst genoemd. Je kijkt ernaar, het is wat het is. Deze objecten zijn gebaseerd op bewegingen in de natuur, zoals een bloem die langzaam opengaat en weer sluit. Het object beweegt of ontvouwt zich en zakt weer ineen. De spanning zit in de traagheid van de beweging. De afgelopen jaren heb ik meerdere grote installaties, mobiles en kinetische objecten gemaakt, aangestuurd door wind of een motor. De werken zijn nu gereed om geëxposeerd te worden. Tijdens de Kunstlijnweekenden organiseer ik rondleidingen in mijn presentatieruimte en atelier. Ik zou graag zien dat de werken uiteindelijk terecht komen op een geschikte locatie zoals een museum.”
De natuur als gebruiksvoorwerp
“Mijn installaties bevatten een duidelijke politieke boodschap. Het leven bestaat niet alleen uit concrete zaken, maar ook uit emoties. Ik vind het interessant om beiden in mijn kunst te verwerken. Een tijdje terug heb ik in een cel in de Koepel in Haarlem geëxposeerd. De installatie verbeeldde een mens in een veel te klein bootje. Het werk heeft meerdere achtergronden. We zijn langzamerhand bezig onze aarde te vernietigen. We zien de natuur als een gebruiksvoorwerp en hebben er geen respect en waardering voor. Ik maak me zorgen om alle oorlogen die aan de gang zijn, de zeespiegel die stijgt. Waar gaat het heen met de wereld? Het gaat me niet om mijzelf, maar om mijn kinderen en kleinkinderen. Zij zullen hier straks de negatieve gevolgen van ervaren.”
Noest staal en kwetsbare componenten
“Mijn werk bevindt zich op het snijvlak van kunst, techniek en zintuiglijke ervaring. Ik werk intuïtief en onderzoekend, ook wat betreft materiaalgebruik. Proefondervindelijk ervaar ik wat ik ermee kan. Dit geldt in mindere mate bij werk in opdracht, dan heb ik te maken met vastgestelde kaders en randvoorwaarden. Het is een andere manier van werken, maar de uitdaging en het plezier zijn er niet minder om. In mijn werk experimenteer ik ook vaak met fluorescerende pigmenten om het immateriële te benadrukken en de ruimtelijkheid te vergroten. In de jaren dat ik als kunstenaar werk, ben ik altijd bezig met onderzoek naar de mogelijkheden van vormgeving en beeldende kunst. Van tafels, lampen en loodzware beelden gemaakt van noest staal of samengesteld uit metalen staafjes, ben ik overgegaan naar onder meer installaties bestaande uit kwetsbare componenten. Samen met mijn vrouw heb ik ook nog een aantal spraakmakende, grootschalige projecten georganiseerd, zoals ‘Beeldende kunst op schootsafstand van Haarlem’ in de Genieloods van het Kunstfort bij Vijfhuizen (2012), een gevelproject aan Schouwburg De Meerse (2004, Hoofddorp) en ‘Pionèri con tutti’, (Hoofddorp, 2001) om er maar een paar te noemen.”

‘Kunst helpt me om mijn wereld te ordenen’ Joanne Luijmes studeerde aan ArtEZ Hogeschool voor de kunsten in Arnhem. Tijdens Kunstlijn Haarlem is haar werk te zien in haar atelier (0.04) in ateliercomplex Het Hoofdkantoor, Waarderweg 78 in Haarlem.
“Al mijn hele leven neem ik kleuren waar bij tekst, getallen en tijd. Dit verschijnsel heet synesthesie. Ik heb daar geen last van. Sterker nog, ik gebruik het om emoties, herinneringen en gebeurtenissen te onthouden en te plaatsen. In mijn hoofd heb ik een soort wereldbeeld van eilanden met verschillende kleuren die met elkaar verbonden zijn via routes. Het leven verandert de hele tijd, dus dat beeld wijzigt ook. Ik ben constant aan het rangschikken in mijn hoofd. Het autonoom werken als kunstenaar in combinatie met mijn associatieve geest gaf me aanvankelijk veel chaos. Ik ben daarom gaan archiveren, het ordenen van onderwerpen en kleuren is hét thema in mijn kunst. Mijn synesthesie helpt me daarbij. Ik geef emoties, het verleden en het heden een kleur. Blauw, rood, geel, wit, zwart en goud zijn bijzondere kleuren voor mij. Om ze zo goed mogelijk in mijn werk weer te geven, onderzoek ik wat verf doet op verschillende materialen als vilt en dun vlies. Ik probeer kleuren een plek te geven in een soort plattegrond, een weergave van mijn geest.”
Onderdeel van een geheel
“Tijdens de Biënnale van Venetië in 2022 heb ik een ruimte in het Palazzo Mora ingericht. De installatie heet ‘Mapping my world’ en gaat over het ordenen van onderwerpen, persoonlijke associaties en kleur in een imaginaire wereld. Ik heb geverfde vliezen opgehangen en die met elkaar verbonden met gouden draden, zoals op een kaart met een legenda met uitleg van symbolen en kleuren. In het midden van de ruimte hing een bolle spiegel op ooghoogte waarin iedereen zichzelf kon zien als onderdeel van een groter geheel. Zo voel ik dat ook in mijn hoofd, ik ervaar altijd verbinding. Soms wordt me dat teveel. Alleen werken in mijn atelier is voor mij heel belangrijk, in rust zonder prikkels van buitenaf.”
“Voor de rechtbank in Haarlem heb ik geluidsreducerende objecten van vilt gemaakt. Ik gebruik in mijn installaties ook zijde en wol. Momenteel werk ik veel met dun vliesmateriaal. Na het verven, scheur ik de vliezen en leg ze over elkaar heen, zo ontstaat er dieptewerking. Ik versterk of verzwak de kleuren door met verschillende lagen vlies te werken. Het zijn kleuren die ik van tevoren niet heb kunnen bedenken, dat houdt het maakproces voor mij spannend. Hierbij speelt intuïtie een grote rol.”
‘Het verschil van hetzelfde’
“Mijn werk gaat over universele onderwerpen waar iedereen over nadenkt, zoals sterfelijkheid, depressie, schoonheid, geluk en het ouderschap. Bij elk onderwerp komen associaties, herinneringen en kleuren op. Ik probeer ze te vatten en op een plek te zetten binnen het geheel. Wat ik ook belangrijk vind is ‘het verschil van hetzelfde’. Ik heb een lange periode een boom gefotografeerd. Elke keer als ik naar buiten keek zag hij er anders uit, toch was het steeds dezelfde boom. Dat had natuurlijk te maken met het veranderende licht. Zo’n serie foto’s zou ik graag in een groter geheel zien zoals in een ziekenhuishal of in een hal op Schiphol.”

‘Atoombunkers en museumzalen fascineren mij’
Kees van Leeuwen studeerde aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam en aan de Koninklijke Academie (MFA) in Den Haag. Tijdens Kunstlijn Haarlem is zijn werk te zien in het ABC Architectuurcentrum, Groot Heiligland 47 in Haarlem en in het Rosenstock-Huessy Huis, Hagestraat 10 in Haarlem.

“Ik ben overgevoelig voor prikkels en ervaar ruimte op een andere manier dan de meeste mensen. Ik zie alles driedimensionaal, ik zie zelfs de ruimte achter de ruimtes. Met mijn objecten vorm ik de ruimte en speel met de interactie tussen de toeschouwer en mijn sculpturen. Ik kijk naar ruimte en hoe die mensen beïnvloedt. Het interesseert me hoe objecten daarin ervaren worden. Dat wil ik laten zien in mijn werk. Daarnaast probeer ik ook mijn eigen beleving van ruimte te verbeelden.”
“Op de kunstacademie heb ik fine arts en architectuur gestudeerd. Als kind al had ik een fascinatie voor ruimte en wilde eigenlijk architect worden. Vanwege mijn zware dyslexie kan ik niet lezen en schrijven, een carrière als architect zat er niet in. Op beide academies kreeg ik echter de vrijheid om te ontdekken en vond ik een taal en de middelen die bij mij passen. Mijn werk is een manier om te communiceren met de wereld. Zo kan ik mijn gedachten, niet op papier, maar in vormen zichtbaar maken.”
Afgesloten van de buitenwereld
“Alle ruimtes hebben een bepaalde functie. Mensen kunnen een ruimte ‘lezen’ en bedenken waar die voor dient. Ik vind het interessant om daarmee te experimenteren. Atoombunkers en museumzalen fascineren mij enorm, ruimtes afgesloten van de buitenwereld. Een museumruimte, een white cube is ontwikkeld om een neutrale plek te zijn waar het gaat om de tentoongestelde werken. Dit soort ruimtes zijn erg prettig voor mij gezien mijn gevoeligheid. Ik kan er mijn gedachtes projecteren zonder invloed van buitenaf. De eerste keer dat ik in Haarlem de atoombunker onder het provinciehuis bezocht, was dat gevoel van isolement nog extremer. Ik voelde gelijk dat dit de ultieme plek is om kunst te tonen.”
Een unheimisch gevoel
“Deze atoombunkers uit de jaren vijftig tot aan de jaren negentig zijn gebouwd om minimaal twee weken compleet geïsoleerd van de buitenwereld te kunnen verblijven. Er is nagedacht over de aanwezigheid van zuurstof, elektriciteit, voedsel, maar ook over wat mensen mentaal nodig hebben om te overleven. Het zijn ruimtes met een eigen tijdsgeest waar je doorheen kunt dwalen. Ze zijn anders dan iedere ruimte die ik tot nu toe heb gezien. Dat vind ik intrigerend.”
“Mijn installaties bestaan uit, gecreëerde, liminale ruimtes, ze werken vaak bevreemdend. Ik zoek er materialen bij om een bepaalde intentie te verbeelden. Als je binnenloopt vraag je je af waar je bent beland en waar de plek toe dient. Veel mensen krijgen er een ongemakkelijk gevoel bij, dat doe ik met opzet. Pas dan gaan toeschouwers echt kijken naar de ruimte en de details, en kan ik ze laten zien hoe ik ruimte ervaar.”
Tekst: Meta van der Meijden Foto’s: Christhilde Klein
Dit artikel is ook gepubliceerd in HRLM Stadsglossy nummer 99





















