Kunstlijn op atelierbezoek bij Martine de Ruiter
‘Mijn schilderijen geven een positief gevoel’
Het lijken bloemen in een veld, maar het kunnen ook insecten of vogels zijn. Martine de Ruiter maakt kleurrijk, geabstraheerd, expressionistisch werk. Ze streeft naar de suggestie van groei en beweging van flora en fauna. “Een oneindige inspiratiebron.”
Martine (51) staat in een overall vol verfspetters in het gangetje naast haar huis in Santpoort-Zuid. Ze wenkt. “Mijn atelier is in de tuin.” In de werkruimte staat onder het dakraam een ezel met daarop een groot werk. Zo pal in het daglicht spat de oranje, rode en gele verf van het doek. De kunstenaar combineert de felle kleuren met zachte en donkere tinten. Langs de wanden staan lage open kasten met kwasten, verfpotten en -tubes, spuitbussen, paletten en bakken met stukjes opgedroogde verf. In het midden staat een grote tafel waaraan Martine met haar cappuccino plaatsneemt. Haar nagels zijn feloranje gelakt.
Ze is autodidact beeldend kunstenaar en schildert al sinds haar studententijd. Martine studeerde boekhandel en uitgeverij, richting redactie/productie waar ook grafisch vormgeven onderdeel van uitmaakte. “Ik ben mijn hele leven al met vormgeven bezig. Als kind hield ik enorm van tekenen en knutselen. Creëren maakt mij blij.” De kunstenaar gebruikt een zelfontwikkelde schildertechniek met ‘paletstukken’. Deze techniek ontstond lang geleden doordat ze de “prachtige gemengde kleurencombinaties” van haar palet wilde bewaren. Na het drogen steekt ze de verf af van het palet. De gedroogde stukken zorgen voor contrast en reliëf. “De paletstukken, zoals ik ze noem, werken abstraherend in mijn schilderijen. Je ziet steeds weer andere vormen, groei of beweging, afhankelijk van de lichtinval. Binnen mijn techniek blijf ik ontdekken en experimenteren en raak nog steeds verrast door het resultaat. Sommige werken zijn ingetogen en anderen zeer expressief. Ik vind het een fijne manier van creëren.”

Toeval speelt een rol
In de abstracte vormen van de paletstukken zien toeschouwers al naar gelang hun fantasie bloemen, insecten, vogels of zelfs kleine dieren op de schilderijen. “Het totaalbeeld is flora. Eerst ontwikkelde ik mijn techniek, daarna is het thema natuur steeds meer naar voren gekomen. De paletstukken komen het best tot hun recht als bloembladen in beweging.”Martine opent de brede laden van een tekenladenkast. Paletstukken in verschillende maten liggen op kleur gesorteerd. “Dit de ideale plek om de paletstukken in op te bergen. Heel overzichtelijk.” Ze pakt een bak vol kleine verfrestjes. “Ik weet niet of ik deze nog ga gebruiken, maar ik wil ze ook niet weggooien.” De kunstenaar werkt niet met een vooropgezet plan. Wel heeft ze een bepaalde sfeer of kleur in haar hoofd voorafgaand aan het schilderen. Toeval speelt een grote rol. “Ik meng eerst de kleuren voor de achtergrond en die voor de bloemen. Na het mengen en schilderen spoel ik het palet niet af. Als de verfresten droog zijn steek ik ze af, ieder stuk is uniek.” Ze doet het voor. Met een paletmes steekt ze een grote lap verf los. “Soms breken ze al snel af, dit is wel een hele mooie lange.”
De afgestoken paletstukken komen niet per se terecht op het schilderij waar ze de verf voor mengt. Sommigen gebruikt ze in een ander werk of verdwijnen in de tekenladenkast. “Ik meng dagelijks en bewaar veel verfresten. Er liggen hier paletstukken die ik al maanden geleden heb afgestoken. Het blijft spannend. Ik weet nooit van tevoren hoe een stuk verf van het palet afkomt of wat voor vorm of kleurcombinatie het zal krijgen. Ik ben daar niet sturend in, ik laat de vorm spontaan ontstaan.”
Inspiratie uit natuur
Martine werkt voornamelijk met acrylverf, maar ook met acrylinkt, stift, krijt en spuitbussen. “Het effect van de spuitbussen op doek is eveneens onvoorspelbaar. Het kan goed uitpakken, maar ook verkeerd. Ik schilder er wel eens overheen. De paletstukken plak ik vast met lijm of in de verf als die nog nat is. Het is allemaal onderdeel van het experimenteren. Het verrassende houdt het werk voor mij interessant.” Het reliëf in de schilderijen van Martine ontstaat door gevouwen paletstukken en dikke klodders verf met contrast en schaduwwerking als resultaat. “Als het licht verandert dan wisselen de kleuren en vormen mee.” Precies tegenover de ezel aan de andere kant van het atelier staan twee spiegels. Martine loopt tijdens het schilderen heen en weer tussen haar werk en de spiegels. “Dichtbij ziet het schilderij er anders uit dan in de spiegels. Ik zie daar beter of de compositie in balans is of dat er nog iets mist. Als ik afstand neem, wordt het meer een geheel in plaats van losse elementen.”
De kunstenaar haalt inspiratie uit de natuur. “Daar kan ik enorm van genieten.” Ook kleurcombinaties die ze aantreft op straat of online kunnen haar inspireren. Zwart, wit en grijstinten boeien haar minder. “Ik kan intens genieten van kleur, een lust voor het oog. Bijvoorbeeld de op kleur gesorteerde paletstukken in mijn tekenladenkast of de verschillende kleuren van verftubes in een schilderswinkel. Voor mij is dat als een bezoek aan een snoepwinkel. Ik word er gelukkig van. Thuis heb ik de boeken in onze boekenkast op kleur gesorteerd in plaats van op auteur. Als kind richtte ik iedere week mijn slaapkamer opnieuw in. Vormgeving en kleur hebben mij altijd al gefascineerd.”
Een frisse touch
Structuur is onderdeel van de stijl en techniek van Martine. Er is een verband tussen de verschillende elementen in haar schilderijen. “Ik hou van orde ook in kleur. Ton sur ton, diverse tinten van dezelfde kleur vind ik mooi, maar ook bepaalde combinaties van kleuren. Het is niet zo dat ik alle kleuren in één werk stop. Ik doe het op gevoel. Inmiddels heb ik een zekere routine opgebouwd en oog ontwikkeld voor wat mooi is bij elkaar. Mijn eigen voorkeur speelt daarbij natuurlijk een rol. Ik vind bijvoorbeeld lichtroze met knaloranje mooi. Feloranje werkt altijd goed in mijn schilderijen, dat geldt ook voor gele en groene accenten naast een donkere tint. Ze geven het werk een frisse touch.”
“Hoewel ik van structuur hou, ik ga op tijd naar bed en sta om zeven uur op, kan ik dat redelijk loslaten bij het schilderen. Geen controle draagt bij aan het geabstraheerde. Bij mijn werk is het niet gelijk duidelijk wat de voorstelling is. Ik probeer altijd een soort beweging of groei te suggereren, er staat een briesje en er is wat gefladder. Dat maakt het schilderij dynamischer en spannender.”
Martine heeft geen speciale boodschap met haar werk, ze hoopt vooral toeschouwers een positief gevoel te geven. “Ik word zelf blij van mijn schilderijen, ik krijg er een prettig gevoel bij. Gelukkig is dat ook wat ik terugkrijg van de meeste mensen, ze genieten ervan. Ik heb het geluk dat mijn schilderijen door een brede groep wordt gewaardeerd. Het abstraherende speelt daarbij zeker een rol. Toeschouwers zien vormen in mijn werk die ik zelf nog niet ontdekt had. De één ziet een reiger en de ander een vlinder, sprinkhaan of een haas in een van de paletstukken. Echt ontzettend leuk al die associaties. De meeste geven aan een goed gevoel te krijgen van mijn werk. Doordat je steeds weer andere dingen in de schilderijen kunt zien, vervelen ze ook niet snel. Het zijn optimistische werken, zo sta ik zelf ook in het leven. Ik vind dat je altijd lichtpuntjes moet blijven zien. Ik kijk naar morgen en het glas is bij mij halfvol. Dit klinkt wel heel zoet, hè?“
Met verf smijten en spetteren
Martine loopt naar het achterste deel van haar atelier waar schilderijen staan opgeslagen. Sommigen zijn nog niet af, daar gaat ze later verder mee. “Eerst even afstand.” Ze trekt een werk uit de rij en verwijdert het bubbeltjesplastic. Er is geen enkel leeg stuk doek te bekennen, bloemen in felle kleuren knallen van het linnen. “Mijn schilderijen zijn over het algemeen minder druk, maar soms vind ik het fijn om met verf te smijten en het doek helemaal vol te spetteren. Ik maak het liefst grote schilderijen. Panorama’s, weidse uitzichten over het veld, maar af en toe op een klein doek schilderen is ook prettig. Ik hou van de afwisseling, groot en klein formaat, verschillende kleurstellingen en sferen. Ik werk ook in opdracht, maar in mijn vrije werk kan ik echt mijn gevoel kwijt. Dat is belangrijk voor me. Vorig jaar overleed mijn vader, ongeveer een jaar na mijn moeder. Dat was een verdrietige, drukke periode met veel zorgen. Het schilderen was voor mij een fijne uitlaatklep, het gaf me kracht en troost.”
De kunstenaar is niet bang dat haar zelfontwikkelde schildertechniek haar zal gaan vervelen. Ze vindt het heerlijk om zo werken. “Ik ben nog lang niet uitgekeken op mijn manier van schilderen, er is nog zoveel te experimenteren. Ik kan me voorlopig niet gelukkiger wensen; NPO Radio 1 aan en non stop schilderen. Misschien dat ik in de toekomst wel andere disciplines wil ontdekken, zoals edelsmeden of beelden maken van brons of keramiek. Er is nog genoeg te leren en te maken.”
Tekst: Meta van der Meijden Fotografie: Daan Ruijter
Dit interview is ook gepubliceerd in HRLM Stadglossy nr. 96











